OVER MARLON READ, DE OPRICHTER VAN READ MUSIC

 

Marlon Read is geboren in Paramaribo en op zesjarige leeftijd naar Nederland gekomen. Hij studeerde in de jaren tachtig aan het conservatorium te Zwolle klassiek gitaar bij Pieter v.d. Staak en Jan Penninkhof, elektrisch gitaar bij o.a. Eef Albers en zang bij o.a. Greetje Kauffeld.

In de jaren negentig was hij de eigenaar van Het Gitaarhuis.

Eind jaren negentig kwam hij in contact met Afrikaanse muziek en de Afrikaanse cultuur. Zowel de muziek als de cultuur heeft hem zeer aangesproken. Hij ontdekte in de cultuur een deel van zijn eigen "roots" gezien zijn Surinaamse afkomst. Bovendien vond hij in de Afrikaanse muziek en cultuur een middel om in zijn leven en in het leven van anderen een tegenwicht te bieden aan de rationele en soms starre West-Europese maatschappij, cultuur en opvattingen.

 

 

 

Marlon is actief als uitvoerend musicus. Zo speelt hij in vele gelegenheidsformaties op het gebied van klassieke-, pop-, jazz- en Afrikaanse muziek.

 

Rode draad in het leven van Marlon blijft het les geven. Hij was verbonden als Afrikaanse muziek en gitaardocent aan verschillende muziekscholenen heeft hij particuliere lespraktijken.

 

 

Uit alle activiteiten blijkt, ondanks de veelvoud, het ene doel: muziek als middel ter verrijking van het leven. Marlon benut zijn kennis en vaardigheden voor de muzikale maar vooral ook persoonlijke ontwikkeling van kinderen en volwassenen.

 

Marlon's visie blijkt uit het volgende artikel dat hij heeft geschreven in opdracht van de uitgevers van het Handboek voor de Muziekdocent.

Muziekonderwijs is opvoeden, musiceren is als het leven.

 

Doceren is alleen mogelijk als je van mensen houdt. Methodiek is een hulpmiddel. De basis van het doceren is je gevoel. Zonder methodiek kan je gevoel je leiden, zonder het gevoel kan de methodiek je niet helpen.

Doceren komt voort uit je liefde voor je instrument en de muziek. Tijdens het doceren hoef je alleen maar bezig te zijn met deze passie. Te vaak wordt het lesgeven gezien als het bezig zijn met technieken, veelal gerationaliseerd, om een instrument te beheersen of om muziek te begrijpen. We kunnen ook beginnen bij dat waar de muziek ons uiteindelijk naartoe leidt, een welhaast vanzelfsprekend gevoel. Waarom muziek beschouwen als een gecompliceerde wetenschap? Muziek bestaat uit een menselijke behoefte en is een onmisbaar onderdeel van ons wezen. Laten we dat dan ook zo behandelen tijdens de les. Met muziek bezig zijn is met onszelf bezig zijn. Muziek leren ontdekken is jezelf leren ontdekken. Het instrument is het middel en niet het doel. Een betere beheersing van het instrument is goed om beter muziek te kunnen maken, maar nog belangrijker om meer uit jezelf te kunnen halen.

Muziekbeoefening en muziekbeleving is in onze westerse maatschappij veelal gekoppeld aan rationalisatie, prestatie en materialisme. We hebben hiermee voor een belangrijk deel muziek buiten onszelf en ons gevoel geplaatst. We zijn het contact kwijt met wat muziek oorspronkelijk was: onlosmakelijk verbonden met onze emoties en belevingswereld, kortom, het leven zelf. Als je dit beseft en dit doorgeeft aan je leerlingen dan ben je niet alleen bezig met muziekonderwijs, maar dan ben je bezig met opvoeden.

 

In de praktijk

Het doel is dat wat gerealiseerd (gespeeld) kan worden. Bijkomstig (!) positief effect is niveauverbetering. Het uitgangspunt is de aanwezige technische mogelijkheid en muzikaliteit. Anders gezegd: de leerling speelt dat wat eenvoudig gespeeld kan worden. Muziekbeleving zonder technische hindernissen is een vereiste. Muziek om de muziek en het bijkomstige gevoel. Dit gevoel vormt de motivatie en de motivatie stimuleert de technische en muzikale ontwikkeling in alle spontaniteit.

 

Eigen ervaringen

Na een zesjarige studie aan het conservatorium met als hoofdvak klassieke gitaar en als bijvakken gitaar lichte muziek en zang lichte muziek, dacht ik het meeste over muziek en muziekonderwijs wel te weten. Mijn confrontatie, een aantal jaren later met de Afrikaanse muziek en cultuur veranderde snel mijn mening. Er ging (letterlijk en figuurlijk) een wereld voor mij open. Natuurlijk waren we op het conservatorium vaak bezig met de “auditieve aanpak”, de “emotionele beleving” en “het gevoel” in de muziek, maar na mijn kennismaking met de Afrikaanse manier van lesgeven en muziekbeleving bleken onze pogingen tot integratie van het gevoel in ons spel wel erg summier.

Mijn poging om te omschrijven waar het hier om gaat, is bij voorbaat gedoemd te mislukken.

Het gaat juist om dat wat je niet kunt of moet omschrijven, maar moet beleven of voelen.

 

Muziek als verlengstuk van je gevoel

Dit is muziek die spontaan ontstaat. Dat kan elk moment gebeuren: tijdens je werk, maar vooral bij heftige emoties als blijdschap om een geboren kind, een gelukte oogst of het geluk of verdriet van jezelf of een ander. Een voorwaarde voor het spontaan musiceren is een vrijwaring van rationele remmingen en schaamtegevoel. Hierin ligt de kern van ons “probleem”. Onze emotionele muziekblindheid ligt diep geworteld in de westerse cultuur met zijn ingetogenheid en “beschaafdheid”.

 

Het verschil

De grote meerderheid gebruikt nog steeds de “conventionele” methodes. Netjes de noten leren lezen voordat je muziek gaat maken. Zelfs in de lichte muziek die toch een zekere vrijheid ambieert, bindt men zich aan tellen, harmonieën en interessante toonsoorten. Ook hier weet men met termen als de “feel” en de “swing” het gevoel te smoren in analyses en overpeinzingen. Echt, je kunt ook prachtig muziek maken zonder enig weet te hebben van noten en tellen, en je ook maar in enig opzicht af te vragen waar je nu mee bezig bent.

 

De realiteit

Is dit alles te realiseren? Ja.

Is dit alles wenselijk? Dat is relatief.

Ik geef naast de lessen met de “conventionele notenmethode” ook lessen waarin ik leerlingen een instrument leer bespelen zonder ook maar iets te zeggen over noten of hen laat nadenken over hoe een stuk nu eigenlijk in elkaar zit. Volgens de eerder beschreven methode bied ik iets aan dat vrijwel meteen nagespeeld kan worden. Opbouwend kan met een groep worden gewerkt naar polyfonie. Vanaf de eerste toon maakt de leerling muziek en voelt de leerling muziek. Een creatief proces is in gang gezet, waarbij een ieder zijn inbreng heeft en zich dus emotioneel betrokken voelt bij het resultaat.

Natuurlijk komen we voort uit een cultuur met haar specifieke eigenschappen en daar hoort het rationaliseren en analyseren nu eenmaal bij. Wat in een andere cultuur goed werkt, hoeft voor ons niet te gelden. Maar waarom zouden we er niet iets van leren? Waarom zouden we niet kunnen overnemen wat iets nieuws aan het bestaande toevoegt?

 

Laten we met de muziek de weg naar het gevoel openleggen en daarmee de weg naar onszelf en onze medemens, kortom: ons leven.

Hiermee is een prachtige taak voor muziekdocenten weggelegd, want muziekonderwijs is opvoeden en musiceren is als het leven.